Wethouder Trip volgt niet de “Emmense” lijn.

In het dagblad van het Noorden stond 14 april een artikel over onrust in de raad van Emmen over de ontwikkelingen rond voorschool. Raadslid Janny Hofsteenge wil weten hoe dit in onze gemeente gaat en stelde tijdens de raadsvergadering vragen.

 

Minister Asscher heeft aangekondigd peuterspeelzalen en kinderopvang gelijk te willen trekken. Het doel van de harmonisatie is om verschillen tussen peuterspeelzalen en kinderopvang weg te nemen en te zorgen voor een betere afstemming tussen kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en onderwijs. Met ingang van 1 januari 2018 zal er geen verschil meer zijn tussen peuterspeelzalen en kinderopvang. Dit betekent dat kwaliteitseisen gelijk getrokken worden en hiermee ook de financiering (kinderopvangtoeslag). De term peuterspeelzaal verdwijnt en zal veranderen in “Peuteropvang”. 

Borger-Odoorn noemt peuteropvang “Voorschool”.

De VVD vindt het belangrijk dat bestaande kinderopvang wordt betrokken bij de oprichting van de voorschool. Het monopolie mag niet bij de scholen liggen en ouders moeten iets te kiezen hebben. Nu dit in Emmen fout lijkt te lopen was het voor Hofsteenge tijd om aan de bel te trekken. Gelukkig vond zij wethouder Trip aan haar zijde. Hij wil zeker niet de Emmense lijn volgen. Wel gaf hij aan in eerste instantie de onderwijsinstanties te hebben gevraagd de handschoen op te pakken. Voor hem waren de scholen en de peuterspeelzalen de natuurlijke partners. Het doel was om te komen tot pilots. De opvang die nu participeert in de brede school werd hierbij betrokken.

De Emmense situatie gaf enige ruis op de lijn. Andere kinderopvangorganisaties in de gemeente willen ook meedenken.

Bovendien kwam de SER (Sociaal Economische Raad) met een advies. Zij vinden het goed dat de kinderopvang de voorschool invult. Het gaat hierbij niet alleen om opvang maar ook om pedagogische kwaliteiten. In Borger-Odoorn is er wel een praktisch probleem. Vooral in het Mondengebied worden kinderen veelal opgevangen door gastouders en niet door pedagogisch geschoolde medewerkers. Ook zijn de scholen er ondertussen achter dat de omgevingseisen voor peuters heel anders zijn dan voor kleuters.

 

Er moeten nogal wat keuzes gemaakt worden. Na de meivakantie heeft de wethouder een gesprek met de kinderopvang en zal hij ze vragen of ze bij de ontwikkelingen betrokken willen worden.

Na de zomer zal hij met een voorstel naar de raad komen.